De erfenis van Romeinen in Frankrijk

Door Wil de Jong

Bijna alle steden in Gallië, ook de kleinste, hadden een waterleiding. Het water kwam uit hoger gelegen bronnen en liep via kanalen en over aquaducten naar de stad. Een van de bekendste Romeinse monumenten in Frankrijk is de Pont du Gard, een vijftig meter hoog aquaduct over het dal van de Gardon.

Nadat Julius Caesar in 51 v.Chr. de laatste Galliërs had verslagen, was het huidige Frankrijk vijf eeuwen lang een onderdeel van het Romeinse rijk. In die Gallo-Romeinse tijd romaniseerde de bevolking en het land veranderde ingrijpend. Zo legden de Romeinen verharde wegen aan en bouwden ze moderne steden. Nu, tweeduizend jaar later, is daar nog opmerkelijk veel van over: amfitheaters, muziektheaters, tempels, thermen en aquaducten.

Romeinde badhuizen waren bijzonder belangrijk voor het leven in de stad. Niet allen om zich onder te dompelen in de baden, maar vooral als ontmoetingsplaats voor de stedelijke bovenklasse. Van de thermen in Nîmes is nauwelijks iets overgebleven; daarvoor moeten we naar Cimiez, de noordelijke villawijk van Nice. Cimiez heette in de Romeinse tijd Cemenelum en was de residentie van de gouverneur van de provincie Alpes Maritimae. Toen het oude Cemenelum werd opgegraven kwam een imposant complex van drie badhuizen tevoorschijn. De Thermes du Nord was een luxe bad voor de gouverneur en zijn gunstelingen, de Thermes de l‘Est was voor de gewone mensen en de Thermes de l’Ouest alleen voor vrouwen.

(Dit is een deel van het gehele artikel)